Webrichtlijnen: ook voor redacteurs

Sinds 1 januari 2015 moeten alle overheidswebsites in Nederland voldoen aan de webrichtlijnen, versie 2. Ze moeten toegankelijk zijn voor mensen met een beperking, zoals bezoekers die voorleessoftware (een screenreader) gebruiken of die geen muis kunnen vasthouden. In deze blog licht ik toe waar je als webredacteur rekening mee moet houden.

De webrichtlijnen hebben voor een groot deel met technische specificaties te maken. Toch zijn ze ook voor webredacteuren van belang. Voor het invoeren van content in het CMS, maar zelfs al een stap daarvoor: bij het schrijven van content voor de webpagina zelf. Een van de basisprincipes van de webrichtlijnen is namelijk dat je content voor iedereen begrijpelijk moet zijn.

Webrichtlijnen in het kort

De webrichtlijnen gaan uit van de volgende 5 basisprincipes:

  1. Content moet betekenisvol, voor iedereen bruikbaar, uitwisselbaar en duurzaam zijn.
  2. Content moet voor iedereen te zien of te lezen zijn. Geef daarom bijvoorbeeld een alternatieve tekst (alt-tekst) aan afbeeldingen. Zorg ook voor voldoende contrast tussen kleuren.
  3. Iedereen moet een website kunnen bedienen. Ook met spraaksoftware en een toetsenbord.
  4. Content moet voor iedereen duidelijk en helder zijn. Zorg daarom voor toegankelijke, leesbare teksten
  5. Content moet degelijk en multitoepasbaar zijn, zodat verschillende browsers en hulpapparatuur die goed kunnen verwerken.

Om aan bovengenoemde basisprincipes te voldoen, zijn in totaal 51 succescriteria opgesteld. Websites die aan de richtlijnen voldoen, krijgen van Stichting Accessibility het waarmerk drempelvrij.nl. Dit zijn niet alleen overheidswebsites, ook organisaties als SNS Bank en Thuiswinkel.org hebben een drempelvrije website. Overigens geldt voor overheidsorganisaties dat ze in principe aan de richtlijnen moeten voldoen, behalve als er zwaarwegende redenen zijn waarom dit niet mogelijk is. In dat geval moeten ze dat op een transparante manier verantwoorden. We noemen dat het ‘Pas toe of leg uit’-principe.

Structureer met de omgekeerde piramide

Als webredacteur houd je allereerst rekening met de opbouw van je pagina. Een toegankelijke webpagina schrijf je in omgekeerde piramidevorm. Dat houdt in dat je de belangrijkste informatie bovenaan zet. Begin elke pagina met een informatieve lead (intro) en werk van daaruit verder. Zo kunnen bezoekers op elk moment bepalen of ze verder willen lezen. Stoppen ze, dan lopen ze geen belangrijke informatie mis.

Gebruik informatieve titels en tussenkoppen

Bouw je pagina op in alinea’s met informatieve tussenkoppen. Een tussenkop moet een soort samenvatting zijn van de alinea die eronder volgt. Grappige koppen en beeldspraak zijn dus helaas uit den boze.

Schrijf eenvoudig

Over begrijpelijkheid zeggen de webrichtlijnen dat een tekst moet aansluiten op het leesniveau van 3 jaar middelbaar onderwijs. Voldoet een tekst niet aan het criterium, dan moet er aanvullende content beschikbaar zijn. Hoewel de webrichtlijnen het hier niet expliciet over hebben, wordt deze eis vaak uitgelegd als ‘taalniveau B1’. Dit taalniveau is gebaseerd op de indeling van leesniveaus van het Europees Referentiekader. 95 procent van de Nederlandse bevolking zou teksten op dit niveau moeten kunnen begrijpen. Een aantal tips voor toegankelijk schrijven:

  • Schrijf concreet
  • Gebruik eenvoudige, niet te lange zinnen.
  • Vermijd tangconstructies.
  • Gebruik geen moeilijke woorden en jargon.
  • Schrijf afkortingen altijd de eerste keer uit.

Tool voor leesniveau

Het leesniveau van je tekst bepalen is helaas wat minder eenvoudig dan controleren of je pagina aan alle technische eisen voldoet. Om webredacteuren hierbij te ondersteunen, ontwikkelde Stichting Accessibility de Leesniveau Tool. Op basis van een ingevoerde tekst geeft deze tool een indicatie van het niveau van de leesbaarheid. Het blijft een indicatie natuurlijk, maar het is toch prettig om een bevestiging te hebben dat je op de goede weg zit. Of dat je je tekst beter nog even kritisch kunt nalopen. Zo bleek deze alinea bij benadering leesniveau B2 te hebben.

Voor iedereen toegankelijk

Nu denk je misschien bij sommige van deze richtlijnen: die komen me bekend voor. Gelden die niet altijd voor goede webteksten? Dat klopt. Zoals je ongetwijfeld weet, lezen mensen anders van een beeldscherm dan van papier. Daarom moeten webteksten altijd eenvoudig zijn en een heldere structuur hebben. Daarnaast zijn toegankelijke teksten goed vindbaar voor zoekmachines. Bijvoorbeeld doordat je informatieve koppen gebruikt. Een website die voldoet aan de webrichtlijnen is dus niet alleen toegankelijk voor mensen met een beperking, maar ook voor al je andere bezoekers Ă©n zoekmachines. Mooi meegenomen!

Gepubliceerd: 10-2015